Het interieur van een GTW-trein. Foto: Arriva

De Autoriteit Consument en Markt vindt dat spoorbeheerder ProRail voortaan duidelijker moet aangeven waarom zij (een deel van) open access-aanvragen op het spoor weigert. De ACM doet die uitspraak in reactie op een klacht ingediend door Arriva.

De vervoerder stapte naar de waakhond omdat zij van ProRail tot twee keer toe geen duidelijke motivatie had gekregen voor het afwijzen van een deel van de aangevraagde open access-ritten die men wilde gaan uitvoeren tussen Groningen en Zwolle. Inmiddels heeft ProRail wel een duidelijke motivatie gegeven -er is niet genoeg capaciteit over op het spoor-, maar de ACM vindt dat dit voortaan direct moet gebeuren via het zogeheten coördinatiedossier.

Arriva wilde de treindienst tussen Groningen en Zwolle ter aanvulling op de verbinding van de NS gaan rijden. Europese regels verplichten spoorbeheerders dit soort open access-aanvragen toe te wijzen, mits er geen geldige reden ter afwijzing is. Open access-vervoerders moeten bijvoorbeeld wel achteraan in de rij aansluiten bij het verdelen van de capaciteit. Arriva gaat de dienst overigens vooralsnog niet uitvoeren. De vervoerder vindt dat het aantal ritten dat wel is toegewezen niet voldoende om een rendabele dienst uit te kunnen voeren.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *